Dichtbundel ‘Zwaartekracht overwonnen’ gepubliceerd

Bestelcode Zwaartekracht overwonnen Inkijkversie

Zwaartekracht overwonnen
ISBN: 9789403718514
© Bram Wever

Zwaartekracht overwonnen

Inhoudsopgave
Och lieve de tijd staat niet stil............................................................ 8
Onder de sterren...................................................................... 9
Jagen.......................................................................................10
Alleen nog nacht.....................................................................11
Als God uitgevallen was .........................................................12
Tijd staat stil...........................................................................13
O, Ariadne...............................................................................14
Rose wordt rood.....................................................................15
Als het stil is ...........................................................................16
Poollicht..................................................................................17
levend glas in lood..................................................................18
Jij bent als ’t water..................................................................19
Terug naar het eerste woord .................................................21
Geen geritsel...........................................................................22
Het sprookje ...........................................................................22
Terug naar mijn eiland...........................................................23
Ionisering ...............................................................................24
Intrance ..................................................................................25
O God ......................................................................................26
O, de waanzin .........................................................................27
Mensen mogen niet op een tak ..............................................28
Een lichaam ............................................................................29
Waarom hebben de winkels ruiten? ......................................30
Goedkope vakantie.................................................................32
Soms begrijp ik niet................................................................32
Er was er eens een manneke..................................................33
Zwaartekracht overwonnen
6
In de eeuwen der eeuwen………..............................................34
Elke dag een nieuwe tocht .....................................................35
Schuil-Boes .............................................................................37
Opereren uit het duister.........................................................38
Dobberen beide......................................................................39
Als ik mijn ogen sluit..............................................................41
Zo klein is mijn wereld...........................................................42
Ik voorzie................................................................................43
Waar is de koe gebleven? .......................................................44
In de wintertijd.......................................................................46
Op drift geraakt......................................................................48
Jij bent mijn spookhuis...........................................................49
In de nacht..............................................................................50
Sleep in ...................................................................................52
Niet te vervolmaken...............................................................53
God zij geprezen.....................................................................54
O A ..........................................................................................55
Nu ik een kaars brand ............................................................56
Je bent zo rustig......................................................................58
Het leven wordt steeds duurder ............................................59
En in steden, in parken...........................................................60
De eeuwige slaap....................................................................61
De mensen weggewist............................................................62
Het blauw dat ik zie................................................................63
Ik dacht aan breken................................................................64
Zien wil ik de zon....................................................................65
Zwaartekracht overwonnen
7
Duizend woorden...................................................................66
Examen...................................................................................67
Al is zo droef...........................................................................68
Rijen auto’s stoppen...............................................................69
Atomen ...................................................................................70
Twee koningen.......................................................................71
Een mooi leven .......................................................................72
O, heilige God..........................................................................73
Maria beeldje..........................................................................74
Leven is aantrekken ...............................................................75
Wilt u de toekomst zien?........................................................76
Paradijs...................................................................................77
Paradijs-2 ...............................................................................78
Paradijs3.................................................................................79
Paradijs 4................................................................................81
Paradijs 5................................................................................83
Elke dag opnieuw eten, drinken.............................................84
Donker is de kamer ................................................................85
Zwaartekracht overwonnen...................................................86
Onder de sterren ....................................................................87
Och lieve de tijd staat niet stil ................................................88

1 Och lieve de tijd staat niet stil 
Och lieve de tijd staat niet stil
En vrij rennen om hem voor te komen
Toekomst maken!
Jij loopt in vak D (Hoorn) 
In kolonne X
Ik loop in vak F (Adam)
In kolonne y
De verbindingen zijn slecht onderweg 
Ik kan niet eens naar je stem luisteren
Aan een PTT-zijden draad. 
Brieven brengen even iets warms
Maar dan nog meer kou
En verlangen ontstekende razernij
Maar in ’t weekend
Kruizen onze wegen zich
In bar X gelegenheid Y
Och lieve de tijd staat niet stil
Mijn verband in vak G roept mij
En juist als ’t hars gesmolten is
En de warmte zich ontboezemt
Moet ik de kou in
En die striemt feller dan immer
Och lieve de tijd staat niet stil
Laten we de glazen huisjes breken
Doorbreken tot samenzijn
Tot samen vloeien
In de warme weiden
En toezien hoe in de deemstering
De kolonnes optrekken 
Van vak tot va

Aanrader Totalirisme M. de Smet

Zelf ben ik dit geweldige boek aan het lezen. Nee bestuderen, doorgronden. Geweldig. Eigen samenvatting en toelichting volgt Met dank aan James Roolvink

nk
Founder at the African Mathematical Institute (AMI)
No alt text provided for this image

Mijn doel is om het boek van Mattias Desmet te lezen en per hoofdstuk een samenvatting te maken van de essentie van dat hoofdstuk met daarbij eventueel een commentaar. De stukken die ik over dat boek ga schrijven kunnen hier en daar een staccato schetsmatig karakter hebben verwacht ik, maar zullen hier en daar waarschijnlijk ook door enige uitweidingen gekenmerkt worden. Soms is het alles in enen en gaat het om een essentie die ikzelf belangrijk vindt. Een hele schoolse samenvatting die ook de volgordelijkheid van de tekst eert, zul je niet vinden.

Een belofte om dat doel te halen geef ik nu niet. Dat heeft met prioriteiten te maken. Wat ik lees heb ik snel gelezen en eenmaal, dus beschouw wat ik over het boek schrijf als een soort aantekeningen.

Een hele andere en ook korte versie van dit artikel uit mijn pen is hier te vinden: Lees mee in “De psychologie van totalitarisme” – Maurice de Hond

De titel

Voor ik aan een boek begin snuffel ik eraan. Letterlijk ruik ik aan boeken! Ik houd het in mijn handen vast en probeer te de inhoud er van te voelen enigszins ook geleid door wat ik zie als ik een beetje rond blader en vooral wat ik allemaal uit de titel en de inhoudsopgave kan afleiden.

De titel ‘De psychologie van totalitarisme’ lijkt me vrij rechttoe rechtaan en zeer eenduidig zo op het eerste gezicht. Totalitarisme vanuit psychologisch standpunt bezien. Niet bijv. vanuit religieus perspectief, maar vanuit psychologisch perspectief.

De ‘binnenkaft’ van het boek

Lees ik de binnenkant van de voorkaft dan staan er al woorden schuin afgedrukt waardoor ik zonder te lezen kan raden wat er staat, mede omdat ik hier en daar wel wat gelezen heb van Mattias Desmet. Het zijn deze woorden: ‘burn-out’, ‘resoneert’, ‘geatomiseerd subject’. Voor deze woorden zie ik ‘Het Grote Verhaal’ en ‘Verlichting’ en op het einde lees ik ‘een nieuwe grond’ en de ‘herwaardering…het spreken van waarheid’. Het Grote Verhaal van het verlichtingsdenken waarin de wereld vanuit kwantitatief meetbare eenheden te denken is en leidt tot een zelfbegrip de mens waarin de mens zichzelf uitlegt als een chemische mechanische machine, dus als een organische mechanische machine, d.w.z. als een niet-mechanische mechanische machine, iets zielloos, leidt tot een grondervaring van wanhoop en angst, want als dit Grote Verhaal waar zou zijn dan zou alles zinloos zijn. Ook de liefde. Machines hebben niets met elkaar te maken en als een mens een machine is is een mens naakt en wordt niet beschermd en gedragen door een gemeenschap waar die mens zelf ook iets voor terug kan doen (het ‘giving back’, zoals ze dat in Amerika noemen, en daar een zekere zin kunnen ervaren). Tekenen op het gebied van de psychologie zijn het grote aantallen mensen dat ‘burnt-out’ is. Desmet ziet de mens als deel van de natuur en vindt dat je als een surfer moet mee surfen op golven.

De surfer moet resoneren met de golven om vooruit te komen. Wij moeten mee resoneren met anderen en de natuur. Dat hij de natuur natuur noemt en geen schepping spreekt boekdoelen, maar hij schrijft vanuit psychologisch perspectief. De vraag is of dat perspectief, een klein verhaal vanuit de psychologie als verwijzende kracht naar een Groot Verhaal van de….Als ik met jou en jij met mij resoneert dan zijn we beiden golf en surfer, jij bent voor mij de golf en vice versa, maar in relatie tot elkaar is dan de vraag wie de ander meer golf, zichzelf (als surfer), laat-zijn. Voor mij is de ander een golf en op zichzelf genomen is de ander een surfer en pas als ik je als golf ‘’bevaar’ kan ik je mysterie gaan er-varen. Dit veronderstelt een ethiek van luisteren en aandacht. De filosofische vraag dient zich aan: wie durft er nog te spreken? Verstoor ik de golf niet door te spreken? Het lijkt op het raadsel: als je het zegt is het weg, dus je kunt het niet zeggen. Stilte! Het gaat hier niet om een ethiek die je in een regel kan formuleren, maar in een beginsel. Je schouwt de ander als beginsel waar vanuit je die ander benadert. Maar als je beiden beginsel voor elkaar bent, wie gaat er dan beginnen te spreken?

Wie durft er nog waarheid te spreken? Is een normaal spreken over wat jij vindt ‘monddodend’? Is het spreken van waarheid mondlevendmakend? Laat ik niet juist de ander spreken wanneer ik de absolute waarheid spreek? In het vrijmoedig spreken van absolute waarheid kan ik de ander overtuigen door die moed. De moed die gezien wordt opent het hart van de ander en zo kunnen de oren opengaan om de waarheid te vernemen. Desmet zal die waarheid niet absoluut nemen overigens.

M.b.t. de achterflap zou ik slechts willen zeggen lees ‘Lacan’s logic of subjectivity’ en je weet waarom de ‘stem’, niet zozeer het woord, maar het spreken op zichzelf, een zo’n grote rol speelt in het denken van Desmet.

De inhoudsopgave

Het boek bestaat uit drie delen. 1 De wetenschap en haar psychologische effecten. 2 Massavorming en totalitarisme. 3 Voorbij het mechanistische wereld beeld. Ik lees daarin: 1 het subject, 2 de intersubjectiviteit en 3 het absolute. Het subject, het intersubjectieve en het absolute worden bij Desmet vanuit het subject bezien is mijn vermoeden al zal hij proberen te laten zien dat we deel van een groter geheel zijn, een natuur. Bij hem zal het onderscheid tussen het intersubjectieve en absolute wellicht niet helemaal helder gemaakt worden en zal de natuur wellicht als een groot intersubjectief geheel van allemaal ‘dynamische systemen’, levensvormen, denken, die meer dan slechts biologie, lichaam, zijn (volgens Desmet, maar waarom maakt hij in de inleiding niet duidelijk). De termen ga ik vandaag niet nader toelichten, maar wellicht resoneren ze met je!

Stijl

Waar ik in deze inleiding naar opzoek ben is een beschrijving van een grondhouding. Die grondhouding horen we in het woord ‘resoneren’. Dat brengt ook een zekere luchtigheid met zich mee. Twee humoristische woordvindingen ben ik tegen gekomen. Als je droge technocraten hebt dan zijn dictators sappig. Het ‘werelddorp’ als vertaling van de ‘global village’ vond ik ook goed. Het is i.i.g. een goed teken dat het luchtig geschreven is. Ik heb de indruk dat Mattias Desmet ondanks de urgentie die hij voelde om dit boek te schrijven de tegenwoordigheid van geest heeft weten te bewaren om niet verzuurd en verstard te raken en tegelijkertijd het vermogen heeft zich op en vanuit de lezer tot de lezer te richten. Het is met een zekere didactiek in de pen geschreven, zonder arrogantie om mijn vermoeden is dat hij het onverwachte verwacht niet in hoe het boek ontvangen wordt in het publieke domein, de wereld, maar juist bij individuele mensen.

De inleiding

Het recht op privacy erodeert snel sinds 9/11, maar vooral door de angst dat het klimaat eraan gaat is de vraag vanuit de mensen zelf opgekomen om de overheid sterker te maken om ons te redden van onze klimaat verstorende consumptie maatschappij. Daarmee wordt een elementair onderscheid tussen een van buiten opgelegde dictatuur die mensen als vrijheidsberovend ervaren en een totalitair systeem gemaakt waarin mensen zichzelf van hun vrijheid beroven omwille van een hoger doel en ‘totalitair denken’. (Het verschil tussen censuur en oprechte zelfcensuur). Dat essentiële verschil ligt op psychologisch niveau beweert Desmet.

Ook heeft Desmet vooral oog voor een totalitaire staat als een historisch fenomeen dat noodzakelijkerwijs voor het eerst in de 20ste eeuw moest oprijzen. Dat is een staat die uit massavorming groeit. En waarin de massamens zich opoffert voor het collectief, bijv. om de klimaat doelstellingen te behalen, en tegelijkertijd degenen die het heilige doel niet na streven, een ander geluid laten horen, willen verbannen. De solidariteit met degenen die het doel nastreven en de intolerantie richting anders denkende zijn twee kanten van dezelfde ‘solidaire’ munt. Hoe zo’n totalitair denken kan ontstaan, zodat de massa zich tot een vormeloze onpersoonlijk massa omvormt, waar een opoffering, ‘een daad stellen’, in wezen de hoop is om persoonlijkheid, bezieling, te krijgen, is i.i.g. een geleidelijk proces en heeft niets met het inboezemen van angst te maken, zoals een dictator doet. Het gaat hier om groepshypnose (en nadat de groep verdwaasd is kun je ze natuurlijk wel angst aanpraten).

Dat massavorming ook bij de intellectuele elite voorkomt en dus niets met intelligentie te maken heeft leren we als Desmet spreekt over de ontdekking in 2005 in de ‘wetenschap’ toen men ontdekte dat ongeveer 85% in bepaalde wetenschapsgebieden vol zaten met fouten, fabels, slordigheden, etc., zonder dat de betreffende wetenschappers dat in de gaten hadden en als ze het in de gaten hadden zagen ze de ernst er niet van in. In de hypnose van deze wetenschappers is er zoals bij elke hypnose geen onderscheid meer tussen feit en fictie en wordt de fictie als feit gezien. Dat is de reden dat men zich volstrekt niet bewust is van dat er iets verkeerds gedaan is of niet in de haak is.

Die crisis in de wetenschappen is volgens Desmet een symptoom van dat het Grote Verhaal van de Verlichting waarin de wetenschap ons de hemel beloofde niet meer geloofd wordt, maar bijna alle instituties (werk, school, relaties etc.) zijn nog wel volgens dat verhaal opgebouwd. Zo’n symptoom heeft hele concreto gevolgen en is niets slechts een leuk verhaaltje voor historici of sociologen, want vele mensen hebben een burn-out, hebben die gehad of zullen die krijgen. Dit ligt hij toe aan de hand van een persoonlijke anekdote. Het ondertekenen van een contract duurde 9 maanden omdat veel mensen dit moesten ondertekenen en er steeds een met psychologische klachten thuis in het ‘kot’ aan het uitzieken was.

Desmet vertrekt graag vanuit persoonlijke alledaagse fenomenen om op iets universeels, ‘absoluuts’, te wijzen. De dynamische systeemtheorie in de natuurkunde is dan ook zijn favoriete theorie. Een systeem is dynamisch en kan plotseling, al zijn er tal van indicatoren geweest die aangeven dat er verandering op hand is, op exponentieel snelle wijze veranderen in een heel ander systeem, waar er een nieuw evenwicht tot stand komt. Die indicatoren heeft hij voorvoeld in het resoneren met de het wereldgebeuren en net voor de ‘crisis’ waar we nu inzitten heeft hij een hypotheek afbetaald. Het existentieel beleven van de dynamische systeemtheorie, de identificatie daarmee zodat je de theorie werkelijk in de praktijk kan zien, is een indicator, een teken, van iemand die kan denken.

Die coronacrisis kwam als je terugkijkt naar de aanloop er naar toe, de indicatoren, de tekenen, bekeek, niet uit de lucht vallen. Met de wil van mensen om meer staatscontrole, om een totale klimaatcrisis af te wenden, de angst voor de vernietiging van de aarde rituele met deze controle te bezweren, kwam die controle er, maar zegt Desmet, een mens kan maar een bepaalde mate van controle aan en gaat dan angstig worden. Door het angstiger worden wordt er om nog meer controle gevraagd. Dat het Grote Verhaal niet klopt wordt niet onder ogen gezien en wordt krampachtiger geloofd alsof de staat, de mens, totale controle over dynamische systemen kan uitoefenen. Dat is onmogelijk zal Desmet beweren en dat maakt hem hoopvol dat we uit deze crisis zullen geraken.

Hij besluit met te zeggen dat het totalitarisme geen toevalligheid is in deze historische tijd waarin we leven en zegt dat het totalitarisme uit een totalitair denken ontspringt waarin we menen dat de mens totale controle op de natuur, een dynamisch systeem van vele dynamische systemen, kan hebben omdat we in het Grote Verhaal leren dat alles, ook de natuur mechanisch en voorspelbaar is en wij (met de technologie als verlengstukken van een vermeend almachtig verstand) macht over de natuur hebben en ook macht over virussen. Onze onbepaalde angst voor de zinloosheid bezweren we door steeds een te bepalen voorhanden object van vrees te zoeken, dat is nu een virus (maar het kan ook de buitenlander zijn of beter een besmette buitenlander!).

Dat onderscheid tussen angst en vrees is van Martin Heidegger (1889-1976) de leraar van Hannah Arendt (1906-1975), die ook zijn maitresse werd. Hij heeft o.a. in 1927 in zijn boek ‘Zijn en tijd’ als een diep analyse van wat Desmet massavorming noemt gegeven. Het is feitelijk niet waar dat het verband tussen het mechanistische wereldbeeld en massavorming niet eerder gelegd is. Desmet zegt dat die band nooit op psychologische wijze uiteengelegd is en ook dat is niet helemaal waar. Aldous Huxley (1894-1963) van Brave New World (1931), die zijn boek grotendeels op dat van Zamjatin (1884-1937) heeft gebaseerd, heeft die band uitvoerig besproken! Het was niet in de vorm van een educatief boek, maar zelfs in de vorm van een verhaal, een roman! Daarmee ontken ik niet dat Desmet niets eigens zegt, maar wat hij in de inleiding zegt iets ‘too much’. Het verraad zowel ambitie als ook enthousiasme, maar het getuigt niet van historisch besef. Het zou Desmet sieren dat uit te leggen (misschien nadat er een definitie gegeven is van psycholoog?) en de lezer te vertellen wat hij precies bedoelt met zijn stelling dat hij een lacune invult door de relatie tussen het mechanische wereldbeeld en massavorming psychologisch te duiden. Hij zou toch niet willen dat die waarheidssprekende stemmen door zijn stem niet meer gehoord kunnen worden?

De kaft

Fenomenaal goed. Het betreft een driedimenionale Sierpinski driehoek. Dat zal Desmet met emergentie in verband brengen om intersubjectiviteit mee te duiden.

Het boek is op 2-2-2022 ontvangen en dit was deel 1 van ‘Lees mee met…’ geschreven op de dag van de ontvangst van het boek. Tot zover en wie weet tot een volgende keer.

Desmettelijk!

(Nog onbekende) video’s van gesprekken met Jan Huurman en Desmet

Eerste aflevering: https://youtu.be/OI_Xu-wo3zw

Tweede aflevering: https://youtu.be/hoPmmQGbskI

Nabeschouwing: https://youtu.be/9GSry109nUI

Alle dilemma’s: https://youtu.be/yxYD6D8PWwk

Verdere lectuur over Desmet

Oefening studievaardigheden om met kinderen te doen aan de hand van een artikel van Desmet: https://www.linkedin.com/pulse/studievaardigheden-met-mattias-desmet-james-roolvink/?trackingId=pEalqnsXQBupRT5EeX78jA%3D%3D

Over de extra energie die je krijgt in de massa: https://www.linkedin.com/pulse/een-voetnoot-bij-mattias-desmets-artikel-over-de-jezelf-roolvink/

 Over omgekeerde massavorming: https://www.linkedin.com/pulse/omgekeerde-massavorming-over-louis-van-gaal-als-james-roolvink/

 Over emergentie: https://www.linkedin.com/pulse/over-de-complotdenker-en-terrorist-als-elkaars-james-roolvink/

Sprookjes en.. tijdreizen..!


Sprookjes. Vanuit meerdere perspectieven ‘REUZE-interessant’…

Sprookjes en tijdreizen

2021 © Harriet Algra |

Harriet Algra

Voor nog vele mensen is het moeilijk te bevatten, dat tijd zoals we hebben geleerd, één grote illusie is. Lineaire tijd bestaat niet en we worden continu op een fout spoor gezet door de verschillende tijdlussen en tijdlijnen. Hierdoor ontstaat er een beeld alsof de verschillende gebeurtenissen opeenvolgend zijn. Maar niets is minder waar. Een ander punt dat nog door velen niet wordt begrepen, is het feit, dat we hier in een hologram leven. Dit heeft niets te maken met wie we werkelijk zijn. De eenvoudigste manier om dat te beschrijven is je voor te stellen, dat je een rol speelt in een computerspel. Zodra je stopt met het spel keer je terug in wie je werkelijk bent.

Deze ‘rol’ die we hier spelen, is gecreëerd om ons gevangen te houden en op een dwaalspoor te brengen. Je wordt opgezadeld met een familie, een identiteit, die in het geheel niets met je werkelijke wezen te maken hebben. Zolang jij je aan de regels van die rol houdt is er niets aan de hand. Word je echter wakker, dan heb je de poppen aan het dansen, omdat je keuzes en beslissingen gaat nemen, die niet horen bij die rol. Dit heeft tot gevolg dat vele relaties waar mensen aan het wakker worden zijn, tot een einde komen.

We zitten momenteel in de grootste wereldoorlog aller tijden. Deze oorlog wordt dit keer niet bevochten met bommen en kanonnen, maar met informatie. Tot onze grootste vijanden behoort de media. Deze schildert alles wat met de waarheid te maken heeft, af als nepnieuws of als een complottheorie. Dit maakt het heel lastig om de slapende massa, die nog volledig in de ban is van de televisie, wakker te schudden. Zij kunnen zich niet voorstellen, dat er mensen zo intens slecht kunnen zijn, dat die hun bewust op een fout spoor zetten. Deze groep heeft straks onze hulp hard nodig wanneer ze overspoeld gaan worden met de waarheid. Lees meer

Toelichting 2044, 1984, Animal Farm en werkelijkheid!!

Peter Toonen houdt een interessante toelichting op het boek 1984, Animal Farm en het eerste hoofdstuk 2044, waarin Robert Bridgeman terugblikt op de wereld van 2021 en geïnspireerd op 1984. Hoe komen we er in en hoe komen we er uit? Vertrouw op je zelf, op je eigen weerstand, je creativiteit, vertrouw op je eigen geest en lichaam. Voorbeeld de Iceman en (KW Albert Einstein: Fantasie brengt je overal en hiermee kun je de 95% niet gebruikte vermogens ontwikkelen!). Mbv quantumfysica en jouw energiekracht kun je de werkelijkheid wijzigen!

 

Boekverslag 1984, G. Orwell
Boekverslag 1984, G. OrwellHet boek 1984 van George Orwell wordt vaak op de middelbare school gelezen voor het vak Engels. Zelfs meer dan 60 jaar na het verschijnen van 1984 wordt het boek nog veelvuldig gelezen. Hieruit blijkt wel dat het een mooi verhaal is, waarvan we zelfs in deze tijd nog iets kunnen leren.
Algemene gegevens
  • Titel: Nineteen Eighty-Four
  • Schrijver: George Orwell
  • Eerste publicatie: 1949
  • Aantal bladzijden: 326
  • Hoofdgenre: Politieke fantasie
Thema

Het thema van het boek is dictatuur. De hele wereld wordt door één persoon beheerst, er is geen vrijheid meer. Iedereen wordt te allen tijde geobserveerd.

Titelverklaring

De titel van dit boek is redelijk makkelijk te verklaren. De titel is namelijk het jaar waarin dit boek afspeelt, althans, het jaar dat Winston denkt dat het is. Dit valt op te maken uit de volgende passage: “In small clumsy letters he wrote: April 4th, 1984 (…) He did not know with any certainty that this was 1984. (…) He was fairly sure that his age was thirty-nine, and he believed that he had been born in 1944 or 1945.” (blz. 9). Dit jaartal is niet zonder reden gekozen. Hij boek werd namelijk voor een groot deel in 1948 geschreven en 1984 is hier ‘het omgekeerde’ van. Dit slaat ook op de wereld in beide jaartallen. De wereld in 1984 volgens het boek is namelijk het omgekeerde van de situatie in 1948.

Hoofdpersonen

Winston Smith is de hoofdpersoon in het boek. Zijn baan is het vervalsen van krantenartikelen voor het Ministerie van Waarheid. Dit werk doet hij voor de Partij, ook al is hij tegen de Partij. Zijn haat voor de Partij komt mede doordat hij op jonge leeftijd zijn ouders is verloren. Winston wantrouwt bijna iedereen en is voor alles op zijn hoede, maar op sommige momenten denkt hij niet goed na en doet hij dingen die hij beter niet had kunnen doen, zoals het huren van de kamer bij meneer Charrington. In de volgende passage ziet hij Julia op zijn werk, wanneer hij haar nog niet vertrouwt. Hij vertelt dat hij haar niet mag. “Winston had disliked her from the very first moment. (…) It was always the women, and above all the young ones, who were the most bigoted adherents of the Party, the swallowers of slogans, the amateur spies and the nosers-out of unorthodoxy. But this particular girl gave him the impression of being more dangerous than the most.” (blz. 12).

Julia wordt later de vriendin van Winston. Ook zij is tegen de Partij, dit uit ze met seks hebben, als een vorm van protest. Julia is erg strijdlustig en haar doel is om de Partij neer te halen. Hier heeft ze erg veel voor over. Als ze iets wilt bereiken dan gaat ze er helemaal voor. Ze moet en zal haar doel bereiken. Ze valt bijvoorbeeld expres, om ervoor te zorgen dat Winston een briefje krijgt waarop staat ‘I love you’. De volgende passage is na haar val de eerste conversatie tussen Julia en Winston. “’You’re hurt?’ he said. ‘It’s nothing. My arm. It’ll be all right in a second. She spoke as though her heart were fluttering. She has certainly turned very pale. ‘You haven’t broken anything?’ ‘No, I’m all right. It hurt for a moment, that’s all.’ (…) ‘It’s nothing,’ she repeated shortly. ‘I only gave my wrist a bit of a bang. Thanks, comrade’.” (blz. 112) Dit is het begin van hun relatie.

Plaats

Het verhaal speelt zich af in het fictieve land Oceania, in Londen, de hoofdstad van de provincie luchtstrook één (airstrip one). Dit is te lezen in de volgende zin: “This was London, chief city of Airstrip One, itself the third most populous of the provinces of Oceania.” (blz 5) Het land Oceania bestaat uit de huidige werelddelen Noord- en Zuid-Amerika en het Verenigd Koninkrijk. Enkele belangrijke ruimtes zijn: de kamer van Winston, de winkel van meneer Carrington en het ministerie van de liefde.

Tijd

Het verhaal speelt zich af in het jaar 1984. De wereld is zoals George Orwell voorspelde in dit jaartal. Het boek is chronologisch, ook al wordt er soms vaag naar het verleden teruggekeken.

Korte samenvatting

Het land waarin Winston leeft, Oceania, wordt volledig beheerst door Big Brother en zijn Partij. Iedereen wordt in de gaten gehouden door middel van telescreens, die in (bijna) alle kamers hangen, en de Thoughtpolice. Winston is tegen de Partij en op zijn werk ontmoet hij Julia, die net als hij tegen is. Winston huurt een kamer waar, gek genoeg, geen telescreen hangt. Daar gaat hij vaak met Julia naartoe en heeft hij seks met haar. Winston ontmoet een man, O’Brien, die zegt dat hij net als Winston en Julia tegen de Partij is. Ze mogen een keer bij hem langs komen, waar blijkt dat hij bij de Brotherhood hoort. Dit is een organisatie tegen Big Brother. Winston krijgt een boek, geschreven door de leider van de Brotherhood, te leen. Winston en Julia beginnen het in hun kamer te lezen maar vallen allebei in slaap. Als ze wakker worden, zien ze dat er achter een gevallen schilderij een telescreen hangt. De Thoughtpolice komt ze halen. Winston wordt meegenomen naar een cel, waar hij O’Brien weer tegenkomt. Hij blijkt niet bij de Brotherhood, maar bij de Partij aangesloten te zijn. Winston wordt gemarteld en uiteindelijk naar kamer 101 gebracht. In die kamer bevindt zich hetgeen waar je het bangste voor bent. In het geval van Winston zijn dit ratten. Hij zegt dat ze het niet hem, maar Julia aan moeten doen. Daardoor wordt hij vrijgelaten. Als hij Julia later weer tegenkomt, vertellen ze elkaar dat ze in kamer 101 beiden hebben gezegd dat het de ander aangedaan moest worden. Eenmaal terug in de normale wereld doet Winston niet veel meer. Uiteindelijk komt hij tot de conclusie dat hij toch van Big Brother houdt.

Interpretatie
Onderliggende boodschap

George Orwell wil met zijn boek de negatieve eigenschappen van totalitaire staten en dictatoren laten zien. Hij heeft het boek in 1949 uitgebracht. Met de tweede wereldoorlog net achter de rug en Stalin aan de macht was dit een onderwerp dat veel aan de orde kwam. Hij wilde met zijn boek laten zien wat er allemaal binnen een dictatuur gebeurt en dat mensen die in een dictatuur leven het vaak zelf niet eens goed doorhebben. Dit laat hij merken door de hoofdpersoon en anderen personen in het boek zich een negatieve mening te laten vormen over de dictatuur. Winston schrijft bijvoorbeeld het volgende in zijn dagboek: “DOWN WITH BIG BROTHER, DOWN WITH BIG BROTHER, DOWN WITH BIG BROTHER, DOWN WITH BIG BROTHER, DOWN WITH BIG BROTHER.” (blz 20). Maar als Winston aan het eind van het boek uit de cel komt, komt hij erachter dat hij Big Brother niet haat, maar van hem houdt. De schrijver wil hiermee laten zien dat een dictatuur een persoon alles kan laten geloven. Zelfs al was die persoon het eerst ergens totaal niet mee eens, een dictatuur is volgens de schrijver in staat om deze persoon het er wel mee eens te laten zijn.

Positieve en negatieve eigenschappen van Winston en Julia

Een positieve eigenschap van Winston is dat hij een doorzetter is. Als hij met zijn dagboek begint, denkt hij dat het toch niets uitmaakt of hij het nou schrijft of niet. “Whether he wrote DOWN WITH BIG BROTHER, or whether he refrained from writing it, made no difference. Whether he went on with the diary, or whether he did not go on with it, made no difference.” (blz 21). Maar toch besluit hij door te gaan met het dagboek. Hij besluit om zich te blijven verzetten tegen te Partij en de moed niet op te geven.

Een negatieve eigenschap van Winston is dat hij erg naïef is. Hij gelooft dat O’Brien bij de Brotherhood zit. Hij gelooft dat de man van wie hij een kamer huurt, gewoon een oude man is. In de volgende passage blijkt dat Winston de oude man ook helemaal nergens van verdenkt. Dit komt mede doordat de oude man net doet alsof hij het goed vindt dat hij de kamer huurt voor een relatie. “As he had foreseen, Mr Charrington had made no difficulty about letting the room. (…) Nor did he seem shocked or become offensively knowing when it was made clear that Winston wanted the room for the purpose of a love affair. Instead he looked into the middle distance and spoke in generalities, with so delicate an air as to give the impression that he had become partly invisible.” (blz. 144). Maar uiteindelijk blijken ze allebei bij de Partij te zitten, waardoor Winston en Julia gepakt worden.

Positief aan Julia is dat ze niet snel bang is en initiatief durft te nemen. Zij was bijvoorbeeld degene die het briefje schreef waarop stond ‘I love you’. Julia nam de leiding in het maken van afspraken, zoals in de volgende passage te lezen is. “’Can you hear me?’ ‘Yes.’ ‘Can you get sunday afternoon off?’ ‘Yes.’ ‘Then listen carefully. You’ll have to remember this. Go to Paddington Station ——.’ With a sort of military precision that astonished him, she outlined the route that he was to follow.” (blz. 121) Julia probeert Winston ook te overtuigen om wat rebelser te zijn. Dit lukt haar voor een groot deel, maar uiteindelijk is het te ver gegaan, waardoor ze gearresteerd zijn.

Een negatieve eigenschap van Julia is dat ze zich eigenlijk niet interesseert in politiek of hoe de wereld waarin ze leeft nou precies in elkaar zit. Ze weet niet eens goed tegen wat ze strijdt en wat ze wil bereiken met haar protesten. Ook als Winston haar uit het boek van de Brotherhood gaat voorlezen, valt ze in slaap. Het kan haar totaal niets schelen. “Winston became aware of silence, as one becomes aware of a new sound. It seemed to him that Julia had been very still for some time past. (…) ‘Julia.’ No answer. ‘Julia, are you awake?’ No answer. She was asleep. He shut the book, put it carefully on the floor, lay down and pulled the coverlet over both of them.” (blz. 226).

Belangrijkste gebeurtenis

Het moment dat Winston Julia de eerste keer ontmoet is de belangrijkste gebeurtenis in het boek. Eigenlijk kan je het niet echt ontmoeten noemen, want ze zien elkaar alleen maar. Toch is het heel belangrijk want hij heeft meteen een bepaald gevoel bij haar. Deze gebeurtenis verandert zijn hele leven. Als hij Julia niet zou hebben ontmoet zou Winston waarschijnlijk niet, of in mindere mate, in de problemen zijn gekomen.

Einde boek

Aan het einde van het boek komt Winston uit de cel. Hij doet niet veel meer, hij schaakt vooral veel in een café. Hij heeft nog een ontmoeting gehad met Julia. Ze hebben aan elkaar verteld dat ze elkaar allebei hadden verraden. Als Winston in het café zit denkt hij aan vroeger. Hij komt tot de conclusie dat hij van Big Brother houdt. Het heeft hem 40 jaar gekost, maar nu wist hij het echt zeker. Ik vind dit een erg onverwachts einde, ook al is het voor een deel erg onbegrijpelijk. Het laat namelijk erg goed zien wat een dictatuur voor invloed op een persoon kan hebben. Hij heeft 40 jaar gestreden tegen Big Brother. Dan wordt hij opgepakt en is het ineens allemaal goed. Zijn haat voor Big Brother is helemaal verdwenen. Dit had ik zelf niet verwacht. Ik had gedacht dat zijn haat voor Big Brother voor altijd zou blijven. Zelf had ik het einde completer en romantischer gevonden als hij uiteindelijk nog met Julia samen zou leven. Dan zou het plaatje helemaal perfect zijn en zou Winston van het leven kunnen genieten, samen met Julia. Met het huidige einde verwacht ik niet dat hij en Julia elkaar ooit nog zullen ontmoeten.

Eigen mening

Het boek is erg realistisch doordat veel plaatsen en personen in het boek zeer gedetailleerd beschreven zijn. Als hij de kamer die hij gaat huren voor het eerst ziet, wordt deze met veel details beschreven. Dit vind ik erg boeiend, omdat het op deze manier net lijkt alsof je zelf in het verhaal zit. Ik zag zelf heel goed voor me hoe de kamer eruit zou zien. Een ander aspect van het boek dat het verhaal realistisch maakt vind ik dat er goed over het verhaal en over de situatie is nagedacht door de schrijver. De standpunten van de Partij zijn weloverwogen verzonnen. De drie standpunten van de partij luiden: “War is peace, freedom is slavery and ignorance is strength.” (blz 29). Deze drie standpunten vormen de rode draad door het hele boek.

 

Boekverslag Animal Farm van George Orwell

Betekenis

Vlag van de Republiek der Dieren
Het boek is een allegorie over de gebeurtenissen na de revolutie in de Sovjet-Unie, en in het bijzonder de opkomst van het stalinisme. Veel van de karakters in het boek zijn identificeerbaar als historische figuren. Napoleon en Sneeuwbal zijn directe vertegenwoordiging van respectievelijk Jozef Stalin en Leon Trotski. Orwell maakt dit in het geval van Napoleon expliciet, die hij in één van zijn brieven direct met Stalin verbindt. Hun meningsverschil over de richting die het landbouwbedrijf zou moeten opgaan moet het ideologische meningsverschil tussen Trotski en Stalin vertegenwoordigen. Boxer, het ooit loyale trekpaard, beeldt het slecht opgeleide en ongeschoolde proletariaat af. Boxer en een ezel, Benjamin, worden gemanipuleerd door de overredende argumenten van de varkens, maar ze slagen er niet in om de vruchten van de ‘revolutie’ te oogsten. Volgens sommige literatuurkenners kunnen tussen Boxer en Aleksei Stachanov vergelijkingen getrokken worden. In het boek komen ook 4 varkens voor, die zich tegen het beleid van Napoleon verzetten. Later wordt de Boerderij aangevallen door de boeren uit de omgeving, onder leiding van Mr. Jones. Deze zouden Nazi-Duitsland, Finland en andere bondgenoten van Duitsland moeten voorstellen.

Personages
Varkens
• Old Major – het oudste varken dat droomde over de revolutie die zou komen, en het zelf niet meemaakte: Karl Marx of Vladimir Lenin

  • Napoleon – het varken dat de leider van de Dierlijke Opstand van Animal Farm wordt. Zijn handelingen zijn gebaseerd op de acties van Jozef Stalin. Hij gebruikt zijn militairen (in het boek negen honden) om zijn macht te cementeren door angst te zaaien. In de Franse uitgave werd Napoleon hernoemd naar César.
    • Snowball – het varken dat met Napoleon in machtsstrijd verwikkeld raakt. Snowball is een hartstochtelijk intellectueel en wint gemakkelijk de loyaliteit van de meeste dieren. Snowball is een verbeelding van Leon Trotski.
    • Squealer – een varken dat door middel van propaganda alles wat Napoleon doet goedpraat. Hij staat voor alle propaganda die Stalin gebruikte om zijn acties goed te praten: Vjatsjeslav Molotov en/of de krant PravdaMensen
    • Mr. Jones – de oorspronkelijke eigenaar van de boerderij: Tsaar Nicolaas II
    • Mr. Frederick – de eigenaar van de boerderij ‘Pinchfield’, een welvarende boerderij in de buurt van de boerderij: Adolf Hitler en/of de NSDAP.
    • Mr Pilkington – de eigenaar van de boerderij ‘Foxwood’, een boerderij waar veel onkruid groeit. Hij vertegenwoordigt de westerse grootmachten zoals het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.

    Paarden
    • Boxer – misschien één van de populairdere karakters. Boxer is het voorbeeld van de werkende klasse: loyaal en sterk. Zijn belangrijkste gebrek was zijn blind vertrouwen in de leiders en het onvermogen om corruptie in te zien. Boxer speelde een reusachtige rol in het samenhouden van Animal Farm. Uiteindelijk sterft hij. Dit dient om te tonen hoe ver de varkens bereid waren te gaan in hun onderdrukking van de werkende klasse: Aleksei Stachanov.

  • Clover – de beste vriendin van Boxer. Ze is geschokt over de wrede gebeurtenissen die later in het boek passeren, en keurt het beleid van Napoleon ook af, ook al komt ze hier niet voor uit.
    • Mollie – een erg ijdel paard, wat graag lintjes draagt en suikerklontjes eet. Ze wordt ook graag verwend door mensen. Mollie is een vertegenwoordiging van de bourgeoisie en de adel.Overige dieren
    • Benjamin – een ezel die cynisch was over de revolutie. Hij kan net zo goed lezen als de varkens, en is nooit enthousiast. Als de varkens zich steeds ijdeler en corrupter gaan gedragen, ziet hij dit wel maar zegt hij er niets over. Benjamin is een vertegenwoordiging van de oude generatie tijdens de Russische Revolutie. Een andere mogelijkheid is dat Benjamin George Orwell zelf vertegenwoordigt.
    • De Jachthonden – degenen die de dieren in bedwang houden: de NKVD, geheime politie van Stalin, ook vaak vergeleken met de KGB.
    • De Schapen – representeren het proletariaat. Ze worden gemanipuleerd door de varkens om Napoleon te steunen. Ze zijn bijna niet in staat om te denken, maar steunen Napoleon sowieso. Ze worden het zinnetje “Vier benen goed, twee benen slecht.” aangeleerd, wat ze constant roepen. Op het einde van het boek, wanneer de varkens op twee benen beginnen te lopen, wordt de schapen aangeleerd om niet meer te roepen “Four legs good, two legs bad.” maar “Four legs good, two legs better.”, zo steunen zij zonder dat ze het zelf weten alsnog Napoleon.
    • De Koeien – representeren ook het proletariaat. Hun melk is een luxeproduct wat telkens door de varkens in beslag wordt genomen, en niet met de rest van de dieren wordt gedeeld.
    • Moses de Raaf – een oude vogel die vaak de boerderij bezoekt, meestal om te vertellen over de ‘Suikersnoepberg’. Volgens hem gaan alle dieren als ze dood gaan naar deze berg, maar alleen als ze hard hebben gewerkt. Moses is een vertegenwoordiging van religie, en voornamelijk van de Russisch-orthodoxe Kerk. Tijdens de rebellie van de dieren wordt hij verbannen, maar later in het boek mag hij terugkomen om de dieren ervan te overtuigen dat ze harder moeten werken.

    Samenvatting:
    Hoofdstuk I
    Mr. Jones is een boer die zijn dieren verwaarloost. Hij is altijd dronken en behandeld zijn dieren heel erg slecht. Old Major en varken van de boerderij houdt een speech waarin hij de mensen de schuld geeft van alle slechte omstandigheden. Hij stimuleert de dieren tot een revolutie door te zeggen: ‘Alle dieren zijn gelijk’.
    Hoofdstuk II
    Na Old Major zijn dood leggen Napoleon en Snowball (twee andere varkens van de boerderij) en Squaler (een propagandist) het Animalisme uit aan de anderen dieren op de boerderij.
    De Revolutie vindt dan snel plaats omdat de boer zijn dieren heel erg verwaarloost.
    Na de revolutie bedenken de varkens de zeven regels> The 7 commandments.
    Die regels zijn de principes van het Animalisme
    Hoofdstuk III
    Het leven op de boerderij wordt beter, maar al gauw gaan de varkens meer eisen stellen. Zo krijgen zij de beste producten om te eten ( melk en eieren) omdat ze zoveel moeten nadenken dat ze dat nodig hebben.
    Hoofdstuk IV
    Mr. Jones en een paar boeren uit de omgeving proberen om de boerderij terug te krijgen. Ze vallen aan maar worden verslagen door de dieren. Vooral Boxer, het paard, en Snowball vechten hard.
    Hoofdstuk V
    Mollie een merrie ven de boerderij loopt over naar de mensen want ze vindt het nieuwe leven maar niks. Ze wil graag suiker eten en lintje sin haar manen, maar dat mag niet volgens de regels. Napoleon en Snowball hebben vaak ruzie. Ze zijn het nooit eens met elkaar. Zo hebben ze ook ruzie over de windmolen. Uiteindelijk laat Napoleon Snowball wegjagen door zijn honden die een soort geheime politie vormen. Napoleon heeft ze in het geheim opgevoed en nu luisteren ze alleen naar hem. Napoleon verbiedt nu ook de bijeenkomsten op zondag en de debatten. Hij gaat nu gewoon beslissen buiten de anderen om.
    Hoofdstuk VI
    Op een geven moment hebben de dieren dingen nodig die de dieren niet zelf kunnen maken. Daarom gaat Napoleon onderhandelen met mensen om die dingen toch te krijgen. Dat is wel tegen de wet in, maar Napoleon lijkt zich daar niet veel van aan te trekken.
    De varkens overtreden nog meer wetten. Ze slapen bijvoorbeeld in bedden, maar Squaler praat het altijd goed.
    Als de windmolen kapot wordt gemaakt geeft Napoleon Snowball de schuld.
    Hoofdstuk VII
    Het systeem van Animalisme loopt verkeerd. Er is veel te weinig eten en de varkens zijn zo corrupt als het maar kan. Sommige dieren die onder de druk fouten hebben gemaakt worden zonder pardon afgemaakt waar iedereen bijstaat. De moorden maken grootte indruk op de ander dieren, maar ze zijn ook heel erg teleurgesteld.
    Napoleon verbiedt dan ook nog het zingen van het favoriete liedje van de dieren> Beast of England.
    Hoofdstuk VIII
    Napoleon wordt steeds zelfzuchtiger. Zo krijgt hij een gedicht en een schilderij. Hij was in overleg met mr. Frederick over het timmerhout dat nog op de boerderij lag, maar Frederick belazert de boel en ze vallen de boerderij aan. De mensen worden verslagen, maar de windmolen is weer kapot gemaakt.
    Ondertussen overtreedt Napoleon steeds meer wetten. Hij drinkt alcohol, draagt kleren verandert de wetten naar zijn hand en hij en de ander varkens mogen meer dan de andere dieren
    Hoofdstuk IX
    De varkens veranderen het verleden door te zeggen dat Snowball helemaal niet voor het Animalisme was maar voor de mensen. Moses een raaf komt terug op de boerderij. Hij vertegenwoordigt het geloof en vertelt de dieren opnieuw over Sugarcandy mountain. Dat moet de hemel voorstellen. De varkens belazeren de dieren nogmaals als ze zeggen dat Boxer naar het ziekenhuis wordt gebracht en niet naar de slagerij.
    Hoofdstuk X
    Jaren later weten de dieren niet meer of ze er nou op vooruit zijn gegaan of niet, maar ze denken nog steeds dat het ooit beter gaat worden. De varkens lopen inmiddels gewoon op twee benen en leven eigenlijk gewoon als mensen. Ze veranderen de zeven regels in 1 regel:
    Alle dieren zijn gelijk, maar sommige zijn meer gelijk.